Goedemiddag,
Ik heb een vraag over de meldcode bevorderen door een houder van een gastouderbureau. De betreffende inspectie items heb ik hieronder staan.
Mijn vraag is: bij wie moeten ze deze kennis bevorderen? Bij medewerkers op het GOB (bemiddelingsmedewerkers) of ook alle punten bespreken met de gastouders? Bij gastouders in de rapporten is het nl alleen verplicht op de hoogte te zijn van de meldcode en meldplicht (punt 6) en wat zíj moeten doen. Moeten gastouders ook weten wat de houder in zo’n geval gaat doen zoals bij punt 4?
4
De houder van een gastouderbureau bevordert de kennis en het gebruik van de handelswijze dat, indien het de houder bekend is geworden dat een bij de onderneming werkzaam persoon of een gastouder die door tussenkomst van het gastouderbureau gastouderopvang biedt, alsmede een huisgenoot van de gastouder, stagiair of vrijwilliger, zich mogelijk schuldig maakt of heeft gemaakt aan een misdrijf tegen de zeden of mishandeling jegens een kind van een ouder die gebruik maakt van de door hem geboden gastouderopvang, de houder onverwijld in overleg treedt met de vertrouwensinspecteur kinderopvang. Indien uit het overleg blijkt dat sprake is van een redelijk vermoeden dat een persoon zich schuldig heeft gemaakt aan een dergelijk misdrijf doet de houder van het gastouderbureau onverwijld aangifte bij een opsporingsambtenaar en stelt de houder de vertrouwensinspecteur kinderopvang onverwijld in kennis.
5. De houder van een gastouderbureau bevordert de kennis en het gebruik van de handelswijze dat, indien het een bij de houder werkzaam persoon bekend is geworden dat een ander ten behoeve van die houder werkzaam persoon zich mogelijk schuldig maakt of heeft gemaakt aan een misdrijf tegen de zeden of mishandeling jegens een kind van een ouder die gebruik maakt van de door hem geboden gastouderopvang, hij de houder van het gastouderbureau daarvan onverwijld in kennis stelt. Indien degene die van het vermoeden op de hoogte moet worden gesteld dezelfde persoon is als degene die zich mogelijk schuldig maakt of heeft gemaakt aan dit misdrijf, is artikel 1.51c lid 1 en 2 van toepassing.
6
De houder van een gastouderbureau bevordert de kennis en het gebruik van de handelswijze dat, indien het een bij de onderneming werkzaam persoon of een gastouder die door tussenkomst van het gastouderbureau gastouderopvang biedt bekend is geworden, dat de natuurlijke persoon die tevens houder is zich mogelijk schuldig maakt of heeft gemaakt aan een misdrijf tegen de zeden of mishandeling jegens een kind dat gebruik maakt van de door de houder aangeboden gastouderopvang, deze persoon in contact kan treden met de vertrouwensinspecteur kinderopvang en in geval van een redelijk vermoeden onverwijld aangifte doet bij een daartoe aangewezen opsporingsambtenaar.
Op kennisnet gaat het stukje alleen over medewerkers GOB:
Bevorderen kennis en gebruik van de meldcode door medewerkers GOB
Laatste wijziging 2022-12-14
Vraag
Hoe draagt het gastouderbureau er zorg voor dat personen werkzaam bij het GOB op de hoogte zijn van de inhoud van de meldcode?
Antwoord
Dit mag de houder zelf weten. Je beoordeelt niet hoe de houder dit heeft gedaan, maar toetst in de praktijk of hij het heeft gedaan.
Het gaat er om dat de personen werkzaam bij het GOB op de hoogte zijn van de meldcode en weten wanneer deze ingezet moet worden.
Verwante wet- en regelgeving:
Wet Kinderopvang; Artikel 1.51a lid 4
Besluit kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang artikel 8
In rapporten van collega’s lees ik dan weer dat ook gastouders op de hoogte gebracht moeten worden:
Kennis over de inhoud en het gebruik van de meld-, overleg- en aangifteplicht (MOA) verbeteren:
De MOA is door de houder onder de aandacht gebracht van de medewerkers/gastouders, door dit te bespreken tijdens de huisbezoeken en informatie via de mail / app door te sturen aan gastouders.
De volgende punten zijn gedeeld met de gastouders:
* De houder belt direct de vertrouwensinspecteur als er een vermoeden bestaat van mishandeling of misbruik van een kind door een medewerker/gastouder/volwassen huisgenoot. Bij een redelijk vermoeden moet aangifte gedaan worden bij de politie.
* Als een medewerker/gastouder vermoedt dat een andere medewerker/gastouder een kind heeft mishandeld of misbruikt, moet het direct aan de houder verteld worden.
* Als een medewerker/gastouder vermoedt dat de houder een kind misbruikt of mishandeld heeft, dan belt deze de vertrouwensinspecteur. Bij een redelijk vermoeden moet aangifte gedaan worden bij de politie.
Met vriendelijke groet,
Linda Schuurman
Inspecteur kinderopvang
T 075 6519576
M 06 22945769
E lschuurman@ggdzw.nl
Team Toezicht
Sector Strategie en Ontwikkeling
GGD Zaanstreek- Waterland
T 075-6518333
E inspectie@ggdzw.nl
W www.ggdzw.nl
[logo ggd]
——— DISCLAIMER ——— Aan deze e-mail kunnen geen rechten worden ontleend. De GGD Zaanstreek-Waterland sluit iedere aansprakelijkheid uit die voortvloeit uit de elektronische verzending van dit bericht. De inhoud van dit e-mailbericht (en de bijlagen) is uitsluitend bestemd voor de geadresseerde(n). Mocht u dit bericht bij vergissing ontvangen hebben dan wordt u verzocht de afzender hierover te informeren en het bericht te verwijderen. Indien u niet de geadresseerde bent noch een geautoriseerde medewerker die kennis mag nemen van berichten voor de geadresseerde, mag u het bericht niet openbaar maken of op enige wijze verspreiden of vermenigvuldigen. De GGD Zaanstreek-Waterland is geregistreerd onder KvK-nr. 34370893 ——— DISCLAIMER ———
Dit bericht is uitsluitend bestemd voor de geadresseerde. Het bericht kan vertrouwelijke informatie bevatten. Als u dit bericht per abuis hebt ontvangen, wordt u verzocht het te vernietigen en de afzender te informeren. GGD GHOR Nederland is niet aansprakelijk voor onjuiste en onvolledige overbrenging van de inhoud van een verzonden e-mail bericht, of een te late ontvangst daarvan.