termijn klachtafhandeling in klachtenregelin

Gesloten

Hallo,

Een houder van kindercentra heeft een IKC constructie in het onderwijs en combineert hierom regelingen met het onderwijs. Waaronder de klachtenregeling. In de klachtenregeling heeft de houder vastgelegd:

ARTIKEL 4. KLACHTINDIENING
1. Klager bespreekt de klacht met betrokkene(n).
2. Als er geen oplossing wordt gevonden, dan legt de klager
het probleem voor:
a. aan de interne contactpersoon, of
b. aan de directeur van het kindcentrum/de school, of
c. aan de klachtencommissie (die zal onderzoeken of
bemiddeling door de commissie mogelijk is).
3. Zowel klager als verweerder kan ondersteuning vragen van
externe vertrouwenspersoon voor juiste doorverwijzing en/
of begeleiding. N.b. Klager en verweerder worden nooit door
dezelfde vertrouwenspersoon begeleid.
4. Als het probleem niet is opgelost dan kan de klager de
klacht schriftelijk indienen bij het college van bestuur
(zie bijlage 4). De klager heeft het recht de externe
klachtencommissie in te zetten (ook als het college van
bestuur de aangeklaagde is).
5. De klacht wordt schriftelijk ingediend en ondertekend. De
klacht dient binnen een jaar na de gedraging of beslissing
te worden ingediend, tenzij de klachtencommissie anders
beslist. Het college van bestuur volgt m.b.t. het onderwijs
de termijnen van de Landelijke Klachtencommissie. Er dient
binnen zes weken reactie te komen op klachten vanuit de
kinderopvang.

ARTIKEL 8. BESLUITVORMING DOOR HET COLLEGE VAN BESTUUR
1. Binnen vier weken na ontvangst van het advies van
de externe klachtencommissie deelt het college van
bestuur aan de klager, de aangeklaagde, de directeur van
het betrokken kindcentrum/de betrokken school en de
klachtencommissie schriftelijk gemotiveerd mee of hij het
oordeel over de gegrondheid van de klacht deelt en of hij
naar aanleiding van dat oordeel maatregelen neemt en zo
ja welke. De mededeling gaat vergezeld van het advies van
de klachtencommissie en het verslag van de hoorzitting,
tenzij zwaarwegende belangen zich daartegen verzetten.
2. Deze termijn kan met ten hoogste vier weken worden
verlengd. Deze verlenging meldt het bevoegd gezag met
redenen omkleed aan de klager, de aangeklaagde en de
klachtencommissie

Er zit een discrepantie in deze regeling mbt de termijn afhandeling klacht. Enerzijds 6 weken en anderzijds 4 weken met een verlenging van 4 weken gemeld met redenen omkleed aan de klager. Is het in de geest van de wet mogelijk om deze regeling goed te keuren, omdat de klager ervan op de hoogte gesteld wordt? Of zou deze goed te keuren zijn mits de klager ermee instemt (Dat laatste zou mijns inziens redelijker zijn ipv melden). Aangezien de termijn een wettelijke bepaling is is het de vraag of het uberhaupt vanuit de geest van de wet geredeneerd kan worden. In ons team hebben we hier discussie over en in het kader van de uniformiteit leg ik deze vraag ook even voor aan de GHOR.

Dank voor het meedenken.

Met vriendelijke groet,

Marieke Poortinga

Antwoorden

Fred

04-11-20247:38 pm

Hoi Marieke,

Sorry dat het langer duurde dan ik heb toegezegd. E.e.a. dat tussendoor kwam nam meer tijd in beslag dan ik wilde.

Art 4 gaat over de wijze van indienen van een klacht waaronder In artikel 5 lid 5 staat (in de folder versie) : âVanuit de kinderopvang wordt de klacht binnen een termijn van zes weken afgehandeld.â Dat gaat over de interne klachtenregeling.
Er wordt eerst geadviseerd om mondeling om te lossen, en dan komt de keus indienen bij de directeur of bij de externe geschillencommissie. Blijkbaar worden interne klachten behandeld door het collega van bestuur. Die neemt, gezien art 4 een termijn van 6 weken in acht. Dat is conform Wko 1.57b.

Art 8 gaat over de werkwijze als er door de geschillencommissie een uitspraak wordt gedaan. Hier hanteert het college van bestuur 4 weken met een optie van 4 weken verlenging voor het besluit wat zij doen met de uitspraak. De duur van deze termijn (dus het besluit na âadviesâ (is gewoon een uitspraak) van de externe geschillencommissie is m.i. niet geregeld in de Wko.

Eens?

Ik vraag me af of de voorwaarde onder 1.57b lid 1: â regeling voor de afhandeling van klachten over…de overeenkomst tussen de houder en de ouderâ ook vermeld is in de (best wel ingewikkelde) procedure. Dat zou uit art 3.1 lid 10 moeten blijken. Wat het meest dichtbij bovenstaande komt is: â Een klacht kan gaan over organisatorische maatregelen…â Dit lijkt me eigenlijk toch niet betrekking hebben op de overeenkomst tussen ouder en houder (Archipel kinderopvang). Een kleine omissie?

Ik hoop dat je hiermee verder kan.

Met vriendelijke groet,

Fred van der Wal

Helpdesk kinderopvang

Telefoon: 06 81343845

Email: helpdeskkinderopvang@ggdghor.nl (http://helpdeskkinderopvang@ggdghor.nl)

Twitter : @GGDGHORNL (https://twitter.com/GGDGHORNL)

> Van: Marieke Poortinga
>Datum: 2024-03-08 09:26:33
>Onderwerp: termijn klachtafhandeling in klachtenregelin
> Hallo,
>
>Een houder van kindercentra heeft een IKC constructie in het onderwijs en combineert hierom regelingen met het onderwijs. Waaronder de klachtenregeling. In de klachtenregeling heeft de houder vastgelegd:
>
>ARTIKEL 4. KLACHTINDIENING
>1. Klager bespreekt de klacht met betrokkene(n).
>2. Als er geen oplossing wordt gevonden, dan legt de klager
>het probleem voor:
>a. aan de interne contactpersoon, of
>b. aan de directeur van het kindcentrum/de school, of
>c. aan de klachtencommissie (die zal onderzoeken of
>bemiddeling door de commissie mogelijk is).
>3. Zowel klager als verweerder kan ondersteuning vragen van
>externe vertrouwenspersoon voor juiste doorverwijzing en/
>of begeleiding. N.b. Klager en verweerder worden nooit door
>dezelfde vertrouwenspersoon begeleid.
>4. Als het probleem niet is opgelost dan kan de klager de
>klacht schriftelijk indienen bij het college van bestuur
>(zie bijlage 4). De klager heeft het recht de externe
>klachtencommissie in te zetten (ook als het college van
>bestuur de aangeklaagde is).
>5. De klacht wordt schriftelijk ingediend en ondertekend. De
>klacht dient binnen een jaar na de gedraging of beslissing
>te worden ingediend, tenzij de klachtencommissie anders
>beslist. Het college van bestuur volgt m.b.t. het onderwijs
>de termijnen van de Landelijke Klachtencommissie. Er dient
>binnen zes weken reactie te komen op klachten vanuit de
>kinderopvang.
>
>ARTIKEL 8. BESLUITVORMING DOOR HET COLLEGE VAN BESTUUR
>1. Binnen vier weken na ontvangst van het advies van
>de externe klachtencommissie deelt het college van
>bestuur aan de klager, de aangeklaagde, de directeur van
>het betrokken kindcentrum/de betrokken school en de
>klachtencommissie schriftelijk gemotiveerd mee of hij het
>oordeel over de gegrondheid van de klacht deelt en of hij
>naar aanleiding van dat oordeel maatregelen neemt en zo
>ja welke. De mededeling gaat vergezeld van het advies van
>de klachtencommissie en het verslag van de hoorzitting,
>tenzij zwaarwegende belangen zich daartegen verzetten.
>2. Deze termijn kan met ten hoogste vier weken worden
>verlengd. Deze verlenging meldt het bevoegd gezag met
>redenen omkleed aan de klager, de aangeklaagde en de
>klachtencommissie
>
>Er zit een discrepantie in deze regeling mbt de termijn afhandeling klacht. Enerzijds 6 weken en anderzijds 4 weken met een verlenging van 4 weken gemeld met redenen omkleed aan de klager. Is het in de geest van de wet mogelijk om deze regeling goed te keuren, omdat de klager ervan op de hoogte gesteld wordt? Of zou deze goed te keuren zijn mits de klager ermee instemt (Dat laatste zou mijns inziens redelijker zijn ipv melden). Aangezien de termijn een wettelijke bepaling is is het de vraag of het uberhaupt vanuit de geest van de wet geredeneerd kan worden. In ons team hebben we hier discussie over en in het kader van de uniformiteit leg ik deze vraag ook even voor aan de GHOR.
>
>Dank voor het meedenken.
>
>Met vriendelijke groet,
>
>Marieke Poortinga

Fred

04-11-20247:44 pm