Hoi Marja,
Goed punt. Het hoofdstukje is âHoe beoordeel je of de houder in de praktijk overeenkomstig de kaders afwijkt van de BKR?â Misschien is de titel niet zo slim gekozen en moet dit âbeoordeling overtreding afwijken BKR buiten het daarvoor geldende kaderâ zijn.
De voorwaarde âDe houder draagt zorg..â(2.1.1) betreft de eis dat de houder ervoor zorgt dat PMâers het beleid kennen en uitvoeren. Je kan dit lezen als â…houder geeft uitvoering aan het beleid…â.
Het is niet altijd mogelijk dat bij elke overtreding van een deelaspect in het pedagogisch beleidsplan (bijvoorbeeld wennen of mentor) ook stelselmatig âde houder draagt zorg…âwordt afgekeurd.
Voor bijvoorbeeld wennen (beleid staat wel beschreven, maar wordt niet uitgevoerd) zal je eerder -ook- teruggrijpen naar de âhouder draagt zorgâ als wenbeleid niet wordt uitgevoerd. Immers als het wenbeleid niet wordt uitgevoerd dan is de PMâer duidelijk niet voldoende geïnstrueerd, of er is geen zicht op de praktijk. En ereges anders kan je het niet kwijt.
Maar als de mentor wordt overtreden (er is duidelijk beschreven hoe de mentor ontwikkeling bespreekt en mentor is bekend gemaakt, maar er wordt niet voldaan aan het bespreken met ouders) dan wordt bijvoorbeeld 3.5.6. overtreden, maar zou je tevens de âhouder draagt zorgâ kunnen aanmerken als overtreden. Er is dan sprake van zogenaamde samenvallende eisen. En de houder mag voor een overtreding maar eenmaal beboet worden tenzij het twee verschillende aspecten betreft. De lijn van verwachting is dat je dan 3.5.6 aanmerkt als overtreding en niet 2.1.1.
In jouw voorbeeld gaat het erom dat de houder zich niet aan het kader houdt en buiten het kader afwijkt van de BKR. Gezien nieuwe art 7 lid 4 wordt in eerste instantie inachtneming van de kaders overtreden met daarnaast nog de vraag of meer of minder dan drie uur wordt overtreden. Zoals de tekst laat zien maakt lid 4 ruimte om al dan niet gelegitimeerd van lid 2 (BKR) af te wijken. Om die reden is afwijken op grond van lid 4 (zowel buiten de kaders als meer dan 3 uur) een overtreding van lid 2. Bij lid 2 beoordeel je dan of aan de kaders in het pedagogisch beleid wordt voldaan. Het wordt dubbelop om dat ook bij 2.1.1. te doen. Ik zou me daar beperken tot de vraag of de houder de PMâer redelijkerwijs voldoende geïnstrueerd heeft over de voorwaarde in het pedagogisch beleidsplan.
Het is wel denkbaar dat de houder aangeeft dat het pedagogisch beleidsplan niet deugd/is aangepast op de werkelijke situatie. Dan zou je kunnen overwegen de voorwaarde 2.1.5 er bij te betrekken. Maar daar ligt het accent dan toch meer of er daadwerkelijk concreet genoeg een kader is beschreven. Die ouder helderheid geeft wanneer wordt afgeweken (in samenhang met 2.1.5 waaruit blijkt wanneer elk geval wel voldaan wordt).
Ik ben benieuwd of je mijn gedachtegang kan volgen. Ik hoor graag als dat niet zo is. Ik ben anders vanaf dinsdag 4 juni weer aanwezig om zo nodig in gesprek te gaan. Mijn telefoonnummer is 06-8134 3845.
Nieuwe art 7 lid 4:
Indien bij dagopvang per dag ten minste tien aaneengesloten uren opvang wordt geboden, kunnen, in afwijking van het tweede lid, met inachtneming van artikel 3, derde lid, onder a, en vierde lid met inachtneming van de kaders, bedoeld in artikel 3, derde lid, onderdeel a , voor ten hoogste drie uren per dag minder beroepskrachten worden ingezet, met dien verstande dat gedurende de uren dat minder beroepskrachten worden ingezet ten minste de helft van het aantal beroepskrachten, vereist op grond van het tweede lid, wordt ingezet. De in de eerste zin bedoelde afwijkende inzet kan op de dagen van de week verschillen, zij het dat de afwijkende inzet niet per week verschilt.
Met vriendelijke groet,
Fred van der Wal
Helpdesk kinderopvang
Telefoon: 06 81343845
Email: helpdeskkinderopvang@ggdghor.nl (http://helpdeskkinderopvang@ggdghor.nl)
Twitter : @GGDGHORNL (https://twitter.com/GGDGHORNL)
> Van: Marja van Maurik- de Munck
>Datum: 2023-06-26 09:28:31
>Onderwerp: Nieuwe eis 3 uursafwijking
> Goedemorgen,
>
>Naar aanleiding van de denklijn heb ik een vraag. Onder 3.5 wordt gesproken over het volgen van de werkwijze die staat beschreven in het beleid. Dit gaat om het volgen van de kaders omtrent de afwijking. Echter, als ze niet voldoen aan de eis, keur je dit af onder de BKR en niet onder het handelen volgens het pedagogisch beleid.
>Deze keuze begrijp ik niet helemaal.
>
>Wat ik begreep is dat als ze meer uren afwijken of niet mogen afwijken, dat je dit dan beoordeelt onder de BKR. Maar de keuze om het handelen volgens pedagogisch beleid hier ook onder te laten vallen zorgt voor verwarring. Zeker als alles wat een houder niet doet volgens zijn beleid onder het handelen volgens het beleid valt.
>
>Zou je deze keuze kunnen toelichten?